Zie brief

Apeldoorn, 20 november 2021

Wat is er nou zo misdadig aan praktijken als die van de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa)?

Het kan niet toevallig zijn dat juist mensen getroffen worden die niet in staat zijn het, tot waanzin drijvende, van kastje-naar-muur-bedrijfsmodel  het hoofd te bieden.

Veel (ex-) gebruikers van psychofarmaca, zoals antidepressiva, hebben al een duur lesje geleerd wat betreft het omgaan met de machteloosheid in het contact met onder meer de overheid en haar instituten, die zeggen dat ze er zijn om de zorg te verbeteren.  Hebben ervaren dat je er als burger, als patient vaak alleen voor staat.

Hun vechtlust, maar ook hun vechtkracht is behoorlijk getemperd door de medicatie. Gezien de vaak lange weg die ze hebben afgelegd om het leven beter aan te kunnen of op z’n minst beter te  kunnen verdragen, zien ze een protest tegen de werkwijze van een moloch als de NZa als te risicovol voor hun gezondheid.

Na de zitting van onze rechtszaak op 5 oktober 2019, waarin de rechters hoorden dat veel patienten een geleidelijke afbouw met veelal stappen per dag nodig hebben en dat vloeibare doseringen te veel risico met zich meebrengen, zagen zorgverzekeraars de bui hangen. Hoe nog verzekerden afserveren in de tijd tot het vonnis?

Daar  ‘hadden ze het volgende op gevonden’: niet antwoorden op hun brieven met de aanvragen van artsen. Soms zelfs na maanden zeggen dat de aanvraag zoek was geraakt!

Maandenlang (soms 6!) hielden ze mensen aan het lijntje. Na het vonnis van 19/12/19 kwam de beschadigende smoezenmachine van copy-paste-brieven weer op gang.

Deze gang van zaken tart elke regel die gaat over de communicatie met verzekerden en bovenal de regel van fatsoen.

Niet wetend of afbouwmedicatie vergoed zou worden, moesten patienten hun medicatie blijven slikken.

De Vereniging Afbouwmedicatie heeft deze problematiek gemeld bij de NZa. Vervolgens werd de eis gesteld dat wij voorbeeld- brieven zouden moeten doorsturen. Omdat we niet op ons achterhoofd zijn gevallen (je krijgt 100 euro als ik 2 eieren op je hoofd mag breken; NZa laat het dan bij 1) vroegen we naar het minimum aantal. Op die simpele vraag kregen we nooit antwoord.

NZa heeft die voorbeelden helemaal niet nodig; zij zijn bevoegd om onderzoek te doen bij zorgverzekeraars.

Dat ze dit hebben nagelaten is voor veel patienten een bevestiging van hun indruk er alleen voor te staan.

Wij komen uiteraard op voor hun belangen en veel dokters met ons! Maar wat betreft de overheid en de zorgverzekeraars kan ik niets inbrengen tegen deze conclusie.

Pauline Dinkelberg, voorzitter VA

.

 

 

 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *